Na een echtscheiding of samenlevingsbeëindiging is het voor een minderjarig kind belangrijk om contact te hebben met beide ouders. De maatregelen die van overheidswege zijn genomen om de verspreiding van het coronavirus te beteugelen, betekenen dat de zorgen over uitvoering van de omgangsregeling zijn toegenomen.
De uitbraak van het coronavirus is op zichzelf geen reden om, door angst geleid, de omgang te verbieden of onmogelijk te maken. Dit neemt niet weg dat de zorgen om de uitvoering van omgang van beide ouders om een gezamenlijke besluitvorming vragen.
Gezamenlijke besluitvorming
Het is in de eerste plaats belangrijk om als ouders helder met elkaar te blijven communiceren en gezamenlijk te zoeken naar passende praktische oplossingen. Houd daarbij de volgende aandachtspunten in gedachten:
- Bespreek als ouders met elkaar de veiligheidsrisico’s van bepaalde situaties en wees daarin nuchter en duidelijk.
- Weeg zorgvuldig af aan de hand van de door het RIVM gegeven richtlijnen die leidend zijn.
- Houd de bekende 1,5 meter afstand en neem de hygienevoorschriften in acht.
- Benadruk in het contact met de andere ouder niet wat niet kan maar denk in mogelijkheden.
- Zoek gezamenlijk naar alternatieven: probeer flexibel en creatief te zijn.
- Aanbevolen wordt verplaatsingen en vervoersbewegingen tot en minimum te beperken maar alternatieve wijzen van contact mogelijk te maken door gebruikmaking van technische communicatiemiddelen zoals videobellen: Skype, FaceTime of Zoom.
Wat als een betrokkene ziek is?
De omgang kan sowieso niet doorgaan als een of meer van de betrokkenen ziek is.
- Met ziek zijn wordt in deze tijden van corona bedoeld: hoesten, keelpijn, een loopneus of neusverkoudheid of meer dan 38 graden koorts en/of benauwdheid.
- Onder betrokkenen wordt verstaan: het kind, een ouder of een andere huisgenoot.
Hoest een betrokkene of heeft hij verhoging, keelpijn, een loopneus of neusverkoudheid, maar heeft hij geen koorts? Dan kan de omgang, na een zorgvuldige afweging en goede voorbereiding in sommige situaties doorgaan, als deze op dat moment van groot belang voor het kind is. Wees eerlijk over ziekte-omstandigheden en gebleken symptomen van een mogelijke besmetting richting de andere ouder om onnodige risico’s te voorkomen.